Wie werkt met persoonlijke beschermingsmiddelen moet zich bewust zijn van vele mogelijke valkuilen. Wij zetten de 7 meest gemaakte fouten bij de aanschaf en het gebruik van PBM voor u op een rij.
Eerst en vooral: pas altijd op voor deze twee gevaren
Het gebruiken van persoonlijke beschermingsmiddelen is geen garantie voor veiligheid. Als het gaat om PBM spelen uiteindelijk twee mogelijke gevaren een rol.
- Het verkeerde product aankopen: de PBM zijn niet geschikt voor het gevaar in kwestie.
- Het product verkeerd gebruiken: Het PBM is geschikt, maar de werknemers gebruiken het niet correct.
De meeste van de hieronder beschreven fouten houden verband met beide situaties. Volgens de Duitse wet inzake gezondheid en veiligheid op het werk moeten degenen die verantwoordelijk zijn voor PBM hun teams dus voorzien van PBM die passen bij hun behoeften en er tegelijkertijd voor zorgen dat deze correct worden gebruikt. Om dit te bereiken moet u de volgende punten in gedachten houden.
Fout 1: comfort boven veiligheid
In een ideaal scenario biedt PBM de werknemers zowel maximale bescherming als maximaal draagcomfort. Als verantwoordelijke voor persoonlijke beschermingsmiddelen moet u echter duidelijke prioriteiten stellen. Het primaire doel van PBM is en blijft bescherming tegen risico’s voor de gezondheid en veiligheid. Daarom mag er in de Europese Unie alleen PBM worden verkocht die voldoen aan de veiligheidsnormen van de nieuwe EU PBM-verordening 2016/425. Deze verordening is sinds april 2018 van kracht.
Toch zijn veiligheidsdeskundigen het erover eens dat een hoog draagcomfort in de meeste gevallen leidt tot een verhoogde bereidheid om persoonlijke beschermingsmiddelen te dragen. Bovendien bieden veel PBM-producten nu een toegevoegde waarde naast hun primaire beschermende functie. Voorbeelden hiervan zijn veiligheidshelmen met radio-ontvangst of oorbeschermers met telefoonfunctie.
Fout 2: onvoldoende onderhoud of reiniging van de PBM
De specificaties van de fabrikant zijn van cruciaal belang voor de verzorging en het onderhoud van de PBM. De PSA-BV legt in dit opzicht verplichtingen op aan werkgevers en werknemers. Zo verplicht het om: “zorg te dragen voor onderhoud, reparatie en vervanging, alsmede voor een goede opslag van de PBM, zodat deze gedurende de gehele gebruiksperiode goed functioneren en in hygiënische staat blijven”.
Over het algemeen mogen persoonlijke beschermingsmiddelen niet mee naar huis worden genomen om te reinigen. Standaard huishoudelijke wasmachines zijn niet ontworpen om industrieel, bouw- of laboratorium vuil te verwerken. In het geval van werkkledij of PBM die besmet zijn met microben, is het zelfs uitdrukkelijk verboden deze thuis te reinigen. In het ergste geval kunnen ziekteverwekkende biochemische stoffen in uw persoonlijke omgeving terechtkomen.
Bovendien kan een verkeerde keuze van wasprogramma, wastemperatuur, wasmiddel of wasverzachter schadelijk zijn voor de beschermende werking van PBM. Zo kunnen antistatische PBM hun dissipatief vermogen verliezen, vlamvertragende impregnaties worden verwijderd of reflecterende strepen loskomen.
Fout 3: Verwaarlozen van controle en onderhoud van PBM
De meeste PBM moeten minstens eenmaal per jaar worden gecontroleerd door een deskundige. De frequentie van de inspecties van persoonlijke beschermingsmiddelen variëren en kunnen zelfs aanzienlijk korter zijn dan verwacht, afhankelijk van de intensiteit van het gebruik en de specificaties van de fabrikant.
De belangrijkste factor is meestal de categorie die volgens de PSA-BV is vastgesteld en waarmee de PBM zijn ingedeeld. De PSA-BV geeft ook de gevarenclassificatie van een product aan. De categorieën lopen van I tot en met III. Vooral voor persoonlijke beschermingsmiddelen in de hoogste categorie, die bedoeld zijn voor bescherming tegen dodelijk gevaar, is een bijzonder grondige inspectie met regelmatige onderhoudsintervallen essentieel. Deze categorie omvat vooral beschermingsmiddelen voor val-, ademhalings- of chemische bescherming.
Maar niet alleen werkgevers hebben verplichtingen in dit verband. De PSA-BV verplicht ook werknemers om voor elk gebruik van PBM een visuele en functionele controle uit te voeren en geconstateerde gebreken onmiddellijk te melden. In het algemeen moeten PBM uiterlijk na een reinigingsprocedure zorgvuldig worden gecontroleerd. Voor veel PBM-producten geven fabrikanten betrouwbare informatie over de levensduur en de juiste opslag.
Fout 4: het niet individueel aanpassen van PBM
Hoewel bij vrijetijdskleding het dragen van een maatje groter of kleiner vaak geen verschil maakt, moeten PBM volgens de PSA-BV precies aan de werknemer worden aangepast. De Duitse sociale ongevallenverzekering (DGUV) definieert dit nader: “Gebruik van beschermende kleding”:
“Beschermende kledij is een persoonlijk beschermingsmiddel dat bedoeld is om de romp, armen en benen te beschermen tegen schadelijke omstandigheden op het werk.”
Beschermende kledij die te kort of niet afgestemd is op andere PBM is niet toegestaan. Bovendien moeten de PBM aangepast zijn aan “de ergonomische en gezondheidsvereisten van de drager(s)”. Voor schoenen is het bijvoorbeeld belangrijk rekening te houden met iemands orthopedische steunzolen. Bij de keuze van persoonlijke beschermingsmiddelen moet ook rekening worden gehouden met mogelijke allergieën van werknemers.
Uit een onderzoek in 2020 van 400 Duitse werknemers tussen 20 en 60 jaar blijkt dat 68 procent van de respondenten in alle sectoren compromissen sluit op het gebied van veiligheid op de werkplek. 44 procent van hen laat ook regelmatig een deel van hun beschermingsmiddelen achterwege.
Fout 5: één PBM, meerdere dragers
Wettelijk gezien is de situatie in ieder geval duidelijk.
Volgens PSA-BV zijn PBM bedoeld voor gebruik door één persoon. Als PBM door bijzondere omstandigheden door verschillende werknemers moeten worden gebruikt, moet de werkgever ervoor zorgen dat er geen problemen zijn met hygiëne of gezondheidsrisico’s of dat deze kunnen worden uitgesloten.
Maar let op: het is essentieel dat bepaalde PBM, zoals veiligheidsharnassen, qua maat en pasvorm zijn afgestemd op het individu of individueel kunnen worden aangepast.
Fout 6: geen of onvolledige opleiding voor PBM
Er is geen alternatief voor een goed georganiseerde veiligheidsopleiding op het gebied van PBM voor werkgevers of degenen die verantwoordelijk zijn voor de. De opleiding is meestal gebaseerd op informatie van de fabrikant.
Om ervoor te zorgen dat alle belangrijke aspecten aan bod komen is een schriftelijk schema nuttig. Daarin moet u de volgende hoofdpunten vastleggen:
- Verantwoordelijke personen en deelnemers
- Een planning van de trainingssessies
- Inhoud van de training met instructies voor gebruik
- Documentatie
Fout 7: verplichtingen van werknemers niet nakomen
Zoals reeds aangegeven in fout 3 moeten werknemers, ondanks de voortdurende controles van de PBM en een uitgebreide opleiding, hun PBM altijd visueel inspecteren en op hun werking testen vóór elk gebruik. Alleen zo kunnen beschadigingen en gebreken op tijd worden vastgesteld.
Of het nu gaat om scheuren in veiligheidshelmen of veiligheidsbrillen of defecte kussentjes op gehoorkappen – een proactieve dialoog tussen PBM-managers en dragers beperkt gevaar tot een minimum. Korte meldkanalen zijn essentieel als het gaat om problemen rond PBM.
Als u meer informatie wenst, neem dan deel aan een van onze seminars over arbeidsveiligheid in de uvex academy. De uvex academy biedt regelmatig trainingen aan over PBM en arbeidsveiligheid.